Anatomie

Honingbij Anatomie:
 

Bijen behoren tot de familie van geleedpotigen.
Zij hebben knieën maar geen tenen.
Bijen hebben een spijsverteringssysteem, maar ze hebben geen nieren en ze hebben geen alvleesklier, maar ze maken wel insuline aan.
Bijen hebben een hart dat loopt van de hersenen, door de thorax en langs de achterkant van de buik.

 

Het hoofd
De kop van de honingbij bevat de hersenen en ook de hypofarynxklier. Dit is een buisvormig orgaan dat een eiwitstof afscheidt die wordt gevoerd aan larven, koninginnen en darren. Het is belangrijk bij de productie van koninginnengelei.

Ogen
Honingbijen hebben 5 ogen:
Twee samengestelde ogen:
Deze zijn opgebouwd uit vele zeshoekige facetten, wat betekent dat ze tegelijkertijd alles om zich heen kunnen zien (boven, onder, van links naar rechts, van voren). Net als mensen zijn bijen trichromatisch, maar terwijl mensen hun zicht baseren op rood, blauw en groen, baseren bijen hun kleurenzicht op blauw, groen en UV. Dit betekent dat sommige kleurencombinaties die zichtbaar zijn voor bijen, niet zichtbaar zijn voor mensen.
Bijen kunnen echter geen rood zien, maar ze bezoeken wel rode bloemen omdat ze de UV-patronen in de bloemblaadjes kunnen zien.
Drie eenvoudige ogen (of ocelli):
De ocelli zijn 3 eenvoudige ogen bovenop het hoofd. Deze ogen zijn gevoelig voor licht en helpen de bij bij het oriënteren.

De slurf
Deze bestaat uit de monddelen, inclusief een tong waarmee de bijen nectar uit bloemen in de mond zuigen.
Bijen worden geclassificeerd als lange of korte tong, en honingbijen vallen in de categorie met lange tong.
Bijen hebben geen tanden.

Antennes
De zeer beweeglijke antennes zijn van vitaal belang bij alle insecten en moeten daarom schoon worden gehouden door middel van hygiënisch gedrag - je hebt misschien gezien dat bijen hun poten gebruiken om zichzelf schoon te maken en te verzorgen, inclusief hun antennes.
Antennes zorgen voor gevoel, smaak, geur en gehoor. Ze worden gebruikt voor communicatie binnen een honingbijenkolonie, voor het lokaliseren van voedsel, voor het detecteren van roofdieren en zelfs voor hulp bij het vliegen. Het gehoor is gelegen in het scharnier van de antennes. Met de voelsprieten kunnen bijen temperaturen tot op ¼ °C nauwkeurig meten.
Antennes ruiken feromonen en voelen trillingen. Aan het einde van de antennes (voelsprieten) zitten ongeveer 300 smaaksensoren.

 

Thorax
De thorax is het bovenste deel van het lichaam tussen de buik en het hoofd. Er zijn 3 paar siphonen op de thorax (zie hieronder).
De thorax is het anker voor de zes poten - de achterpoten hebben ook stuifmeelmanden (of corbicula). De voorpoten worden gebruikt om de voelsprieten schoon te maken.
De poten van de bij zijn zeer flexibel en kunnen alle kanten op bewegen. Alle pootjes hebben twee klauwtjes en een zuignapje, geschikt om te lopen op zowel gladde als oneffen ondergrond.
De thorax bevat de vliegspieren en de speekselklier. De vliegspieren zijn in staat om veel warmte te produceren. Hierdoor is een bijenvolk in staat om, al vriest het buiten 16 graden, de temperatuur direct rond de bijen op 20 graden of hoger te houden.
Aan het middelste deel van de thorax zitten 2 paar vleugels.
Bijen kunnen wel 200 keer per seconde met hun vleugels slaan. De voorvleugels zijn groter dan de achtervleugels. Beide worden tijdens de vlucht met haakjes bij elkaar gehouden.

 

Achterlijf
Het achterlijf bevat belangrijke organen voor spijsvertering, bloedsomloop, ademhaling, zenuwstelsel en voortplanting. Verder bevinden er zich nog wasklieren, geurklieren, angel en de gifblaas.

In het achterlijf bevindt zich de honingmaag, ook wel 'de krop' genoemd. De honingmaag stelt de bij in staat om tot 75 mg nectar van een bloem terug te dragen naar het nest.

Het grootste deel van het verteringsproces vindt plaats in de middendarm in de buik.

De angel is een gemodificeerde legboor (eierleggend orgaan). Alleen vrouwtjes kunnen steken, en doen dit alleen als ze een aanvalsdreiging voelen.

De angel van een honingbij is voorzien van weerhaken en is bedoeld voor het steken van roofdieren zoals andere insecten, maar is niet aangepast voor het steken van mensen.

Dus een mens steken betekent de dood voor de honingbij, aangezien de weerhaken ertoe leiden dat de angel in de huid blijft steken en de buik van de bij scheurt terwijl deze probeert weg te trekken.

De angel bevat ook kanalen die alarmferomonen afscheiden, een geurstof die bij de steekplek achterblijft en een waarschuwing geeft aan andere bijen. Gevolg kan zijn dat er meerdere bijen komen om je weg te jagen, al dan niet met een steek.

 

 

 

 

Zie hiernaast de verschillende lichaamsdelen benoemd.





Het onderste plaatje toont de het geslachtsorgaan van de koningin.